Frank Donders: “Vrijwilligers hét succes voor de Voedselbank.”

Ik ben Frank Donders, ik ben 71 jaar en ik werk als coördinator fondsenwerving bij de Voedselbank Arnhem. De Voedselbank Arnhem wordt niet vast gesubsidieerd en moet dus jaarlijks haar inkomsten bij elkaar zien te harken. Dat gebeurt deels via jaarlijkse bijdragen van bijvoorbeeld gemeenten, kerken, fondsen en particulieren. Verder moeten we het hebben van speciale acties of donaties van bedrijven. Ik werk samen met een team van 6 collega’s om al deze bijdragen en giften bij te houden. De ene collega houdt bijvoorbeeld de acquisitie bij, en de ander houdt zich meer bezig met bijdragen vanuit de kerken. En ik mag daar de coördinator van zijn. Daardoor heb ik zelf niet heel veel met klanten van de Voedselbank te maken.

Allereerst is het goed om te weten wanneer je precies in aanmerking komt voor een voedselpakket van de Voedselbank. Als je als alleenstaande minder dan 300 euro per maand overhoudt voor eten en kleding, dan kom je in aanmerking voor een gratis voedselpakket. Vanzelfsprekend is dat bedrag wat hoger als je een partner of een kind (of meerdere kinderen) hebt. Dat voedselpakket dient dan als aanvulling op de boodschappen die je zelf al hebt kunnen halen van dat bedrag. Je meldt je ook altijd aan mét een hulpverlener bij de Voedselbank; je kunt je niet even zelf aanmelden bij de Voedselbank. Tenslotte dient de Voedselbank ook als tijdelijke ondersteuning, en een hulpverlener kijkt samen met de klant hoe deze zich weer uit de situatie weet te krijgen.

Het aantal klanten dat de Voedselbank Arnhem heeft, verschilt door het jaar heen. Onze klanten komen soms in pieken en dalen, die ontstaan vanwege externe factoren. Zo was er bijvoorbeeld vorig jaar een flinke stijging vanwege de dure gasprijzen. Ons klantbestand is daardoor ook heel divers: iedereen kan plotseling in het nauw gedreven worden waardoor je moeilijker kunt rondkomen.

Al het voedsel wat wij uitgeven, is gedoneerd vanuit bedrijven. Dan moet je denken aan voedsel dat uit de markt is gehaald, tegen de houdbaarheidsdatum aan zit, of dat door een administratieve fout in te grote hoeveelheden is besteld. Neem bijvoorbeeld de bekende PicNic busjes. Bij slecht weer kunnen die busjes niet rijden, want dan vallen ze om. Daardoor blijft PicNic met hun voorraad blijven zitten, en die voorraad krijgen wij dan. En als er in het distributiecentrum van HelloFresh een pallet wordt aangebroken, dan gaan de restanten daarvan naar de Voedselbank. Producten die net tegen de datum aanlopen in de supermarkt belanden vaak ook in ons magazijn. Al moet ik toegeven dat onze instroom van voedsel onder druk ligt. Supermarkten bieden producten die tegen de houdbaarheidsdatum aanlopen steeds vaker aan met korting, wat voor hun klanten natuurlijk erg aantrekkelijk is. Hier wordt steeds meer mee geëxperimenteerd, en we verwachten dan ook dat onze instroom van voedsel alleen maar zal blijven krimpen.

Naast deze voedselinstroom van bedrijven, zijn wij het afgelopen jaar begonnen met het heel selectief bijkopen van voedsel. Dat komt omdat we sommige soorten voedsel bijna niet binnenkrijgen, en die wel heel belangrijk zijn voor een evenwichtige maaltijd. Denk bijvoorbeeld aan lang houdbare producten zoals rijst en olie.

Wij zijn al een tijd actief bij supermarkten die bereid zijn om een actie te organiseren waarbij winkelbezoekers producten kunnen kopen en doneren aan een stand van de Voedselbank Arnhem die op dat moment in de winkel staat. Deze inzamelingsactie leveren de Voedselbank Arnhem veel op als het gaat om zowel voedseldonaties, als het stimuleren van naamsbekendheid en bewustwording bij het winkelend publiek. Zo heeft de laatste inzamelingsactie bij de Albert Heijn ons circa €40.000 aan houdbare producten opgeleverd!

Maar zo’n inzamelingsactie is wel erg arbeidsintensief voor de Voedselbank; aangezien wij zo’n actie zelf moeten bemensen. En omdat dit soort acties vaak landelijk georganiseerd worden door de supermarktketens en Voedselbank Nederland hebben wij weinig invloed op de timing, anders hadden we tijd kunnen inplannen om genoeg vrijwilligers te vinden. Er zit nu bijvoorbeeld een nieuwe actie bij de Albert Heijn aan te komen op 8 en 9 september; in Arnhem heeft de Albert Heijn geloof ik alleen al zo’n 14 filialen. Als je die allemaal moet bemensen (drie shifts totaal, waarbij steeds drie vrijwilligers per shift nodig zijn) dan praat je al gauw over vele tientallen vrijwilligers die je nodig hebt. En ondanks ons vrijwilligersbestand bij de Voedselbank Arnhem, komen we toch elke keer krap te zitten. En zonder vrijwilligers loop je al gauw veel potentie mis tijdens zo’n inzamelingsactie.

Vrijwilligers die ons een paar uur willen helpen, maken van dit soort initiatieven dus absoluut een succes. Zij zijn een enorme steun in de rug voor de Voedselbank Arnhem en haar klanten. Tenslotte wordt niemand bij de Voedselbank Arnhem betaald; we zijn volledig afhankelijk zijn van de inzet van mensen.

Ik ben dus 71 en gepensioneerd, en ik had na mijn werkleven enorm de behoefte om nuttig te blijven en bezig te blijven. Daarnaast heb ik een affiniteit met de doelgroep: ik heb het heel mijn leven eigenlijk best goed gehad, en ik wil anderen daar ook graag van laten mee profiteren. Die behoefte om bezig te blijven had ik ook kunnen opvullen met een baantje bij een museum, bijvoorbeeld. Dat was waarschijnlijk wat minder intensief en wat luchtiger geweest, maar in mijn optiek ook een stuk minder nuttig. Het werk wat ik bij de Voedselbank Arnhem doe is weliswaar écht werken, maar ik vind het absoluut nuttig werk. Dat wetende zorgt ervoor dat ik tevreden blijf.